Eb en vloed heeft te maken met de veranderende hoogte van het Water. Bij eb zakt het water en bij vloed stijgt het. De maximale waterhoogte heet hoogtij/hoogwater en de minimale waterhoogte heet laagtij/laagwater.

De beweging komt door de aantrekkingskracht van de maan. Het water wordt aangetrokken door de maan. De kant van de aarde die het dichts bij de maan staat wordt sterker aangetrokken. Aan de andere kant van de aarde wordt het water minder sterk aangetrokken.  Omdat de aarde in 24 uur één keer om haar as draait is er per dag twee keer hoog- en laagwater.

De zon heeft veel minder invloed op de beweging van het water. De zon zijn invloed zie je alleen door springtij en doodtij. Bij springtij is de maximale hoogte van het water nog hoger dan bij normale vloed. Bij doodtij is de vloed kleiner dan normaal.

Eb en vloed hebben o.a invloed gehad op het ontstaan van de duinen op de Waddeneilanden.